Het
heeft even geduurd maar het is zover. De gedoogtroika houdt het voor gezien.
Het kabinet dat zo graag verkondigt dat ieder zijn eigen broek moet ophouden,
vooral degenen die toch al in de hoek zitten waar de klappen vallen, ging zelf
met de billen bloot.
Dat
werd ook de hoogste tijd. Deze regering wist niet waar ze mee bezig was. De
bevelen uit Brussel werden belangrijker gevonden dan de echte problemen waar de
Nederlandse burger mee te kampen heeft. Een antwoord van dit kabinet op de
economische crisis bleef uit.
Maar
wat nu? Wat krijgen we ervoor terug? Daar ben ik nog lang niet gerust op.
Volgens mij had de oppositie het wel gemakkelijk gevonden als Rutte de
bezuinigingskastanjes voor hen uit het vuur had gehaald.
Nu
zullen alle partijen met plannen moeten komen waar we in het stemhokje over kunnen
oordelen. Wordt verdere afbraak van het sociale stelsel een halt toegeroepen? Ik
moet het nog zien. Gaat een volgende regering werkelijk iets doen aan de
problemen die immigratie en non-integratie hebben gebracht? Of krijgen we weer
de wollen deken van politieke correctheid en verdoezeling van problemen over
ons heen?
Partijen
van links tot rechts die het onderwijs, de zorg en een hele reeks publieke
diensten naar de gallemiese hebben geholpen en Nederland hebben uitgeleverd aan
Brussel hoeven sowieso niet op mijn stem te rekenen.
Het
belangrijkste verkiezingsthema zal gaan over de verhouding van Nederland met
Europa. Nederland staat op een keerpunt. Een Europa is op dit moment een brug
te ver. Laten we ons meesleuren in de Europese draaikolk met de zekerheid dat
we verdrinken of heroveren we onze onafhankelijkheid zodat we orde op zaken kunnen
stellen? Blijven we met miljarden strooien voor landen die lak aan ons hebben
of richten we ons op de bestrijding van de armoede thuis en bescherming van Nederlandse
belangen?
Voor
mij is het antwoord duidelijk. Ik sluit niet uit dat ik daarvoor in het
stemhokje over mijn eigen schaduw heen moet stappen. Dat moet dan maar.