De verkiezingen komen eraan. De rekensommen over mogelijke en onmogelijke coalities vliegen ons om de oren. De traditionele partijen verliezen terrein en de macht moet met meer partijen gedeeld worden. Volgens sommigen dreigt ons land daardoor onregeerbaar te worden. De roep om hervorming van het kiesstelsel klinkt dan ook steeds luider. De een wil een kiesdrempel invoeren waardoor kleinere partijen uit de Tweede kamer worden geweerd, een ander wil het aantal Kamerzetels inkrimpen en weer anderen pleiten voor een districtenstelsel. Het valt me op dat het vooral aanhangers van grote partijen zijn die voor dit soort wijzigingen pleiten. Ik twijfel sterk aan hun motieven.
Zo zijn er aanhangers van het Britse districtenstelsel. In dat systeem is er per district één parlementszetel te vergeven die door de kandidaat met de meeste stemmen wordt gewonnen. De stemmen op de andere partijen gaan de prullenbak in. Het gekozen parlementslid vertegenwoordigt het hele district. Hij is direct aanspreekbaar op de inspanningen die hij voor het district doet, een van de voordelen van het districtenstelsel. In theorie althans. Veel parlementsleden laten zich alleen in verkiezingstijd in hun district zien. De rest van de tijd zitten zij in Londen in hun ivoren toren. Het districtenstelsel komt ook de regeerbaarheid van het land ten goede. Er hoeven geen ingewikkelde coalities met veel partijen te worden gesmeed. Aantrekkelijk voor de aanhangers van “sterke mannen”.
Ik vind het een pervers systeem met ondemocratische trekken. Dat heeft niet alleen betrekking op de grote partijen maar ook op kleinere schaal ontstaan er merkwaardige verhoudingen Dat bleek weer eens bij de laatste verkiezingen. Als de zetels, net als in Nederland, op basis van evenredige vertegenwoordiging worden verdeeld dan zouden de Conservatieven niet 306 zetels bezetten maar slechts 234 (36,1 % van de stemmen), Labour zakt dan van 258 naar 188 zetels (29% van de stemmen) terwijl de Liberal Democrats juist zouden stijgen van 57 naar 150 zetels (23% van de stemmen).
Anderzijds leidt dit systeem ook tot oververtegenwoordiging. De Noord-Ierse protestantse Democratic Unionist Party haalde met 168.216 stemmen 9 zetels binnen. Sinn Fein, de katholieke rivaal, kwam met 171.942 stemmen op 5 zetels. De UK Independence Party kreeg 917.832 stemmen, bijna drie keer zoveel als de twee Noord-Ierse partijen samen. Maar zij won geen enkele zetel. Het systeem leidt bovendien tot ongewenst stemgedrag. Mensen gaan strategisch stemmen. In plaats van hun hart te volgen en te stemmen op de partij van hun eerste keuze kiezen zij voor een andere partij, vaak de minste van twee kwaden. Om te voorkomen dat de partij die zij zeker niet willen met de winst gaat strijken.
Misschien gaat er iets veranderen. Voor het eerst sinds lange tijd heeft geen van de partijen een absolute meerderheid. Een coalitie van conservatieven en liberalen gaat nu het land regeren. Er komt naar wens van de liberalen een referendum over hervorming van het kiesstelsel. Hopelijk levert dat een eerlijker systeem op. Zoals een grote meerderheid van de Britse bevolking graag wil. Een democratische revolutie op de Britse eilanden.
Volkspartij Politiek Rheden
-
Verkiezingsprogramma is in ontwikkeling
De Rhedense kiezer staat op één. Maar de partij is niet blind voor wat er
zich op nationaal niveau afspeelt. Zake...
2 jaar geleden